Een sluis in de Nieuwe Waterweg, zoals bepleit door ingenieurs die indertijd de Deltawerken hebben gebouwd, komt er voorlopig niet. Volgens verantwoordelijk minister Schultz van Infrastructuur en Milieu is het huidige Deltaplan voldoende om veiligheid en zoetwatervoorziening te garanderen.

Het idee om open rivierarm bij Rotterdam af te sluiten met een sluizencomplex is afkomstig van zes ingenieurs die indertijd verantwoordelijk waren voor de laatste fase van de Deltawerken: de aanleg van de Oosterscheldekering en de Maeslantkering in de Nieuwe Waterweg. In de discussie over de waterveiligheid van het Rijnmondgebied speelt die laatste kering een grote rol. Volgens de Deltawerken-ingenieurs zal die bij toenemende zeespiegelstijging en heviger stormen steeds vaker moeten sluiten, met het risico dat het een keer mis gaat: de kering is ontworpen met een faalkans van 1:100. Zij voorzien dat op termijn een meer robuuste sluis onvermijdelijk is. En omdat tussen besluitvorming en daadwerkelijk in bedrijf stellen al gauw dertig jaar zit pleiten ze ervoor rond 2020 de knoop door te hakken.

Het plan met sluizen met pompen in de Nieuwe Waterweg en pompen bij de Haringvlietsluizen.

De minister is zo ver nog niet. Zij gaat uit van vervanging van de huidige Maeslantkering op zijn vroegst in 2070, ‘afhankelijk van de snelheid van de zeespiegelstijging’, aldus haar brief aan de Tweede Kamer. Ze vindt dat het sluizenplan tegen die tijd ‘als volwaardig alternatief moet worden meegenomen’.

In de discussie tussen de Delta-ingenieurs en de minister staat het pragmatisch voortbouwen op de bestaande praktijk tegenover het pleidooi voor een systeemingreep. Afsluiting van de Nieuwe Waterweg met sluizen die zijn voorzien van pompen leidt tot een meer gecontroleerde waterstand in het achterliggende gebied. Volgens de Deltawerken-ingenieurs is de waterveiligheid van het Rijnmond-Drechtstedengebied zo beter gegarandeerd, en dat geldt ook voor de zoetwatervoorziening. De minister wijst daarentegen op de dijkversterking die volgt op de hogere sterktenormen van de waterkeringen, en maatregelen om extra zoetwater vanuit de Lek aan te voeren. Op de achtergrond speelt het belang van de Rotterdamse haven die vrije doorvaart van de binnenvaart verlangt. Om die reden wordt de Nieuwe Waterweg verder uitgediept.

Hoogwaterstanden in meters boven NAP volgens huidige Deltaplan en, tussen haakjes, met sluizen in de Nieuwe Waterweg.

Uiteraard spelen kosten een rol. Volgens de minister ontlopen die elkaar niet zo veel, tegenover de extra uitgaven voor sluizen en pompen staan besparingen bij de dijkversterking. De Delta-ingenieurs hebben andere berekeningen gemaakt: vooral na 2050 zullen de kosten van de pragmatische aanpak flink oplopen, en komen er uiteindelijk toch sluizen, dan is een deel van de door de minister uitgevoerde werken achteraf voor niks geweest.

Een andere kwestie die tot nu toe onderbelicht is gebleven, zijn de buitendijkse gebieden in de Rijnmond, waar nu 64.000 mensen wonen en belangrijke industriecomplexen als de Botlek liggen. De Deltawerken-ingenieurs hebben het sluizencomplex meer naar het westen verplaatst, zodat daarmee de meeste van die gebieden worden beschermd. De minister verwijst naar de gemeente Rotterdam die bezig is voor het buitendijkse gebied beleid te ontwikkelen.

De buitendijkse gebieden in de Rijnmond.

Lead image: de Maeslantkering bij hoogwater. Foto Paul Geluk.

 

Vond je dit een interessant artikel, abonneer je dan gratis op onze wekelijkse nieuwsbrief.