3D-printers gaan ervoor zorgen dat de vraag naar logistieke diensten wereldwijd afneemt. Nederland zal daar relatief hard door getroffen worden. Dat blijkt uit een rapport van ING.

Hoewel 3D-printen op dit moment nog nauwelijks een deuk slaat in de wereldeconomie, zal dat over een aantal jaren veranderen. ING ziet dat de investeringen in 3D-printen de afgelopen vijf jaar met 29 % zijn gegroeid. Ter vergelijking: investeringen in de traditionele maakindustrie groeiden met slechts 10 %. Als die trend zich doorzet, zal 3D-printen een steeds groter deel van de maakindustrie overnemen. In 2060 is dan de helft van alle producten uit de maakindustrie afkomstig uit een 3D-printer (lees: '3D-printers de whizzkid voorbij').

Dat heeft voordelen voor bedrijven en landen. De printers zorgen ervoor dat lokale productie mogelijk wordt, waardoor er weer banen (zoals fabrieksmanager of productiemedewerker) terugkomen naar het thuisland van een bedrijf. Banen die eerder verdwenen naar lagelonenlanden, waar productie goedkoper kon. Bovendien is 3D-printen een zegen voor de consument, die veel meer op maat gemaakte producten kan krijgen die specifiek aan zijn/haar wensen voldoen.
 

Afname op twee vlakken

De schaduwzijde van deze ontwikkeling zit hem in de logistiek. De internationale handel zal afnemen doordat de printers lokale productie en materiaalgebruik mogelijk maken. De handel zal op twee vlakken afnemen. Ten eerste is er minder transport van materialen nodig, omdat alles lokaal gemaakt wordt. Staal hoeft bijvoorbeeld niet meer van de hoogovens naar China, maar kan gewoon in Nederland gebruikt worden in 3D-printers. Daarnaast hoeven we voltooide producten niet meer helemaal over de wereld te slepen, van het land waar de fabriek staat naar de afnemers. Speelgoed of elektronica kunnen we in de toekomst bijvoorbeeld weer op Nederlandse bodem produceren.

Ons land heeft extra last van de verandering die ING ziet aankomen, omdat een belangrijk deel van ons BBP (Bruto Binnenlands Product) van transport komt. Alleen het doorvoeren van producten via Nederland levert de logistieke sector al 31 miljard euro op, schrijft ING. Hoewel transport niet zal verdwijnen, kunnen 3D-printers er wel voor zorgen dat er straks minder werk is in de logistieke sector. Het is een onvoorzien gevolg van deze nieuwe techniek.
 

Groei

Er zijn wel kanttekeningen te plaatsen bij die conclusie. De groei van 3D printing gaat nu hard, omdat er sprake is van een hype. Het is de vraag of 30 % investeringsgroei de komende 40 jaar realistisch is. Bovendien hebben geprinte producten nog veel nadelen. De kwaliteit is vaak niet hoog genoeg (hoewel daar wel vooruitgang in zit, lees: 'Producten 3D-thuisprinter worden glad') en printers kunnen niet werken met natuurlijke materialen zoals hout.


Beeld: Humanrobo

Vond je dit een interessant artikel, abonneer je dan gratis op onze wekelijkse nieuwsbrief.