fictie

Techmiljardair Elon Musk, in het nieuws vanwege de overname van Twitter, wil óók de mensheid beschermen tegen ‘slechte’ kunstmatige intelligentie. Met zijn bedrijf Neuralink ontwikkelt hij ­implanteerbare hersen-computerinterfaces om mensen oneindige geheugencapaciteit en telepathische vermogens te geven. Wat kunnen de gevolgen zijn? Voor het speciale themanummer van De Ingenieur over Elon Musk (juni 2021) schreef romanauteur Rob van Essen een kort verhaal. Meer lezen over Elon Musk? Check ons speciale themadossier

1

Op een dag was iedereen Elon Musk. 

Nee, goedbeschouwd was het andersom, Elon Musk was iedereen geworden. U bent Elon Musk. En uw onderbuurvrouw, die te harde muziek draait, is ook Elon Musk.

U ziet het niet als u in de spiegel kijkt. Het zit van­binnen. U weet niet meer wie u vroeger was. U denkt: prachtig, zo’n implantaat, ik kan mijn apparatuur vanuit mijn hoofd bedienen, ik kan nu alle talen ter wereld 
lezen, met mijn gedachten sluit ik ’s avonds mijn gordijnen, met mijn gedachten doe ik ze ’s morgens weer open. Ik ben rijk. Ik hoef met niemand te praten want ik weet alles al, ik ben iedereen. Alle kennis zit in mijn hoofd. Maar het is uw hoofd niet meer.

Op een dag was iedereen Elon Musk.

Iedereen? Nee, een kleine gemeenschap blijft dapper weerstand bieden. De vraag is alleen hoe groot die gemeenschap is. Vooralsnog zijn we met z’n tweeën. Ik zit in de studeerkamer en schrijf een verslag van de af­gelopen jaren. Samantha werkt in de tuin.


2

‘Zie je wat er aan de hand is?’, vroeg Samantha. Dit was nog maar een paar jaar geleden. Het lijkt langer. Ze belde vanaf de wetenschapsredactie. ‘Zit je ook te kijken?’ 

Ja, ik keek. Iedereen keek naar de persconferentie van Elon Musk, ergens in een Italiaans paleis. Hij kondigde een volgend stadium aan van zijn Neuralinkprogramma. Iedereen mocht meedoen. En hij betaalde alles. Gratis implantaten voor iedereen. Silvia, heette dit stadium. Geen idee waarom hij het een meisjesnaam had gegeven. Misschien om het onschuldig te doen lijken.

‘Heb je ’t al door?’, vroeg Samantha. 

‘Wat moet ik doorhebben?’, vroeg ik. ‘Dat hij er nog steeds net zo jong uitziet als twintig jaar geleden?’

Samantha gromde afkeurend. ‘Dat kan iedereen klaarspelen met een beetje geld. Nee, zie je waar het zich afspeelt?’

‘Ergens in Italië, toch?’

‘Kom op, iets nauwkeuriger. Je zit bij de ­boekenredactie, je moet dit weten. Zie je in welke stad hij zit? Verona.’

‘Ja, en?’ 

‘Gaat er geen belletje rinkelen? Verona? Shakespeare?’

‘De koopman van Venetië, verder kom ik niet.’

‘Ander stuk. Two Gentlemen of Verona. Hoe heet de vrouw in dat stuk om wie alles draait? Silvia. En hoe noemt Musk dit project?’

‘Nooit geweten dat jij zoveel van Shakespeare afwist.’ We hadden een leesclubje met z’n tweeën, maar daarin lazen we alleen sciencefictionromans van Philip Dick. Sinds ik als puber had ontdekt dat de film Blade Runner was gebaseerd op een roman van Dick, was ik verslingerd geraakt aan diens werk. Het was een mooie verrassing toen ik ontdekte dat voor Samantha hetzelfde gold.

‘Oké, Samantha. Elon Musk zit in Verona en zijn project heet Silvia. En dat zou dan een verwijzing naar ­Shakespeare zijn. En wat dan nog?’

‘Het gaat veel verder. In Two Gentleman of Verona zit een lied, Who is Silvia? Een lofzang op dat kind. Heilig, schoon en wijs is ze. Maar dan, in het laatste couplet zingen ze: “She excels each mortal thing, upon the dull earth dwelling.” Ze overtreft elk sterfelijk wezen dat op deze saaie wereld rondloopt.’

‘Dat is leuk voor haar’, zei ik. ‘Hoe weet jij opeens zoveel van Shakespeare?’

‘Dat doet er niet toe, mijn vader was Engels, ik vertel het je nog wel eens. Maar gaat er bij die dichtregels geen belletje rinkelen bij mijn medelid van de Philip Dick-leesclub?’

‘We hebben het over Shakespeare toch?’

‘Op deze saaie wereld. Upon the dull earth – dat is een titel van een verhaal van Dick. Je kent het, we lazen het. Over een man die de goden uitdaagt en zijn vriendin terugkrijgt van het dodenrijk – maar er gaat iets mis, die vriendin blijft terugkomen, iedereen verandert in die vriendin, alle bewoners van de planeet. Die man is op het laatst de enige die niet zijn vriendin is.’

‘Oké, ja ik herinner me dat verhaal. Maar wat…’

‘Weet je nog hoe de vriendin heette in dat verhaal? Silvia.’

‘Goed, Dick kende zijn Shakespeare. En dan?’

‘Het is een code, zie je dat niet? Neuralink, Verona, Silvia, Shakespeare, Philip Dick... Een hele wereld vol Silvia’s. Musk laat op een verborgen manier weten wat hij van plan is met die chips die je in je hoofd kan laten implanteren. Hij wil de hele wereld vullen met dezelfde persoon: zichzelf!’

‘Wacht even, Dan Brown doet hier honderd pagina’s over en jij doet het in honderd woorden. Ik volg het allemaal niet meer.’

‘Ik stuur het je zo zwart op wit, kun je het nalezen. Maar het klopt, dit is zijn grote plan.’

‘En waarom zou hij dat dan zo doen, met die verborgen boodschap?’

‘Weet ik veel’, zei Samantha. ‘Arrogantie? Laten we dit maar even goed in de gaten houden.’ 


3

We hielden het goed in de gaten. En we zagen het gebeuren. Steeds meer mensen kozen ervoor deel uit te maken van Project Silvia. Er viel een grote stilte over de wereld: iedereen trok zich in zichzelf terug. Waarom zou je communiceren met de medemens als je die mede­mens bent? We zien het nog steeds om ons heen, ook al zijn we inmiddels verhuisd naar het platteland. We proberen in contact te komen met anderen die de code hebben ontraadseld, maar dat is moeilijk omdat we dat niet via de geëigende paden kunnen doen: alles is van Musk. We zijn nog steeds met z’n tweeën; blijven wij als enigen over? 

Samantha roept me vanuit de tuin. Over het zandpad nadert geruisloos een glanzende Tesla. De auto stopt. Het portier zwaait open. Er stapt niemand uit. Dat kan ook niet, want de auto is leeg. Het is een zelfrijdende auto. ‘Zo’, zegt de auto. ‘Gevonden.’ Het is Elon Musk.
Ik vraag me af wat hij wil. Komt er zo een wapen tevoorschijn of moeten we instappen om alsnog te worden gechipt? 

‘Dat laatste’, zegt de auto. ‘Dat laatste wat jullie beiden dachten.’ 

Hij leest onze gedachten. Dat kan maar één ding betekenen. Hij zit ook in ons hoofd.

‘Niet schrikken’, zegt de auto. ‘Ik was altijd al iedereen. Dat had met die chips niets te maken. Neuralink was alleen maar de vorm die ik er aan gaf, om het concreet te maken.’

‘Natuurlijk’, zegt Samantha naast me. ‘Ach, fuck. De hele wereld was altijd al een gedachte van Elon Musk. Het hele universum. Zijn schepping, als je wilt.’ 

‘Elon Musk is God?’ Ik kijk haar verbijsterd aan. ‘Maar waarom dan dat hele gedoe?’, vraag ik aan de auto, ‘met die code, waarom ons in de waan laten dat we het doorhebben, dat we ons niet laten inlijven?’

‘Elke god heeft tegenspelers nodig’, zegt Samantha zacht. ‘Om mee te spelen. Om het voor hemzelf interessant te houden.’

De auto glimlacht. ‘Precies!’, roept hij. ‘Hoe saai zou de wereld anders niet worden?’
 

Tekst: Rob van Essen, schrijver, vertaler en recensent. In 2019 won hij de Libris Literatuurprijs met zijn roman De goede zoon. Onlangs debuteerde hij als dichter met de bundel Alleen de warme dagen waren echt.

Beeld: Depositphotos


Dit verhaal verscheen eerder in het juninummer 2021 van De Ingenieur, volledig gewijd aan techmiljardair Elon Musk. Het nummer is hier digitaaal te koop voor € 7,50.

Vond je dit een interessant artikel, abonneer je dan gratis op onze wekelijkse nieuwsbrief.