Google maakte het afgelopen week gemakkelijk om privacy zelf in de hand te houden. Via MyAccount kan een gebruiker met een paar kliks instellen of zoekopdrachten worden gebruikt voor advertenties. Een goede ontwikkeling, maar het blijft onduidelijk wat Google precies opslaat en wat ze er - naast advertenties - mee doet. Meer transparantie zou het bedrijf goed doen, zoals ook in een betoog van internetjurist Paul Bernal naar voren komt.


Met Myaccount wil Google haar goede wil tonen en imago oppoetsen. Hoewel privacyopties voorheen al waren aan te passen, staat alles nu op één plek. Bovendien legt Google in een paar zinnen uit hoe het gebruik van zoekopdrachten voor advertenties precies werkt. Het zal wellicht meer mensen ertoe bewegen om alle opslag uit te zetten, hoewel het de vraag is in hoeverre gebruikers die privacy belangrijk vinden dit niet al eerder deden.

Toch betekent dit niet dat Google nu volledig open kaart speelt. Google bewaart de zoekopdrachten immers wel, al was het maar omdat dit volgens de Amerikaanse wet verplicht is. In een klein zinnetje staat het ook op de site te vinden: als we juridisch gedwongen worden om gegevens vrij te geven, zullen we uiterst kritisch naar zo'n verzoek kijken, zo valt te lezen. Kortom: ergens bij Google liggen de zoekopdrachten, waarmee een profiel van een gebruiker is samen te stellen. Wat er precies mee gebeurt - hoe het zoekalgoritme bijvoorbeeld geschiktere websites toont - is onbekend. Dat is terecht; Google verdient haar geld als beste zoekmachine dankzij hun goedgemaakte algoritme. Het laat echter een ondoorzichtig wat het bedrijf weet van jou als gebruiker. Als dat soort data ooit uitlekt, ligt de digitale identiteit op straat.

Transparant

Google kan het slachtoffer worden van haar eigen gebrek aan transparantie. Niet alleen op het gebied van gegevensopslag; ook met het indexeren en tonen van websites. Paul Bernal, privacyjurist aan de Britse University of East Anglia Law School, publiceerde onlangs een essay 'A Right To Be Remembered'. Hij haalt het 'recht om vergeten' zoals dat sinds kort in de EU bestaat aan en beschouwt erover.

Bernal redeneert dat het recht om vergeten te worden het begin is van een vuist tegen de macht van de zoekmachine. Eigenlijk, zo denkt Bernal, zou het internet beter af zijn als iedereen zélf kon kiezen wat er gevonden wordt als iemand op zijn of haar naam Googled. De spookbeelden van censuur en geschiedvervalsing, argumenten die regelmatig tégen het recht om vergeten te worden langskomen, zijn volgens hem onrealistisch. Als het om prominente mensen gaat met een slechte geschiedenis zal Google deze alsnog tonen, omdat de artikelen over dergelijke zaken de hoogste zoekindex krijgen.

Internetarchief

De rol van Google als archivaris van het internet wordt dan ook schromelijk overdreven. De zoekmachine past het zoekalgoritme regelmatig aan, waardoor elke keer een paar sites effectief onvindbaar worden. Deze bevatten volgens het algoritme minder relevante informatie, maar zoiets is voor een belangrijk deel persoonlijk. Hetzelfde kan gebeuren met persoonlijke info; mocht Google iedere gebruiker zélf controle geven over de zoekresultaten, dan zullen eerst de positieve dingen naar voren komen, maar het betekent niet dat negatieve aspecten verdwijnen. Bernal ziet graag meer transparantie, openheid en gebruikersmacht bij Google.

Dat Google geen openheid geeft is opmerkelijk. Het betreft immers persoonlijke informatie, en iemand zou invloed moeten kunnen hebben op hoe hij overkomt op het internet. We maken onze Facebooksites zo interessant mogelijk, een Linkedin-profiel ziet er professioneel uit - waarom zijn de zoekresultaten voor onze naam niet ook aan te passen?

Het zal de zoekgigant meer moeite kosten, maar lijkt een logische stap. In ieder geval voor Bernal, die hoopt een discussie los te maken over wat het internet zou moeten zijn. 'Het is tegenwoordig praktisch onmogelijk om niet op het web te zijn, met de profielen die daarbij horen - een journalist zonder twitteraccount is verdacht', legt Bernal uit. 'Als we geen keuze meer hebben om niet op het web te zijn, moeten we op zijn minste de keuze hebben hoe we op het web komen. Google is daar een belangrijk deel van.' Of het wat gaat uitmaken is de vraag, gezien de praktisch absolute macht van Google, maar Bernal hoopt de discussie op gang te brengen.

Image credit: Cory Doctorow via Flickr.

Vond je dit een interessant artikel, abonneer je dan gratis op onze wekelijkse nieuwsbrief.