De Zweedse Universiteit Halmstad heeft vandaag de Grand Cooperative Driving Challenge gewonnen. In een serie uitdagingen bleken zij de communicatie met andere wagens het best in de vingers te hebben. 

Beeld: Knoops Fotografie

Dit weekend was de climax van een jaar aan voorbereidingen van tien teams uit heel Europa. Van Spanje tot Letland deden er teams mee met vrachtwagens, zelfbedachte voertuigen en doodgewone personenauto’s. Allemaal voorzien van bijzondere hard- en software om met andere wagens en stoplichten te kunnen praten. 

Op de Automotive Campus in Helmond, het centrum van de Nederlandse auto onderzoekers, mochten de wagens op een afgesloten N270 hun kunsten vertonen. Er konden punten behaald worden met twee uitdagingen: afremmen voor een afslaande auto op een T-splitsing, en het netjes invoegen in een rij rijdende auto’s. 

Grote sprongen

Dit weekend was het eerste openbare optreden van veel van de auto’s. De teams kwamen een week geleden aan in Nederland en hadden nog veel werk te doen. De laatste keer dat ze samen waren, bij de Spaanse testfaciliteit IDIADA, bleek er veel mis te gaan - aan het einde van vijf dagen intensief sleutelen konden de auto’s nog maar heel basaal samenwerken. 

Daar was weinig aan veranderd aan het begin van deze week, maar volgens de organisatoren en deelnemers leerden ze elke dag exponentieel veel meer. De stuntelende auto’s werden langzaam professionele autonome voertuigen, in staat om zonder ingrijpen moeilijke manoeuvres uit te voeren. 

Rood licht, groen licht

Om het publiek (volgens de organisatie waren er 2000 man) een idee te geven hoe de auto’s opereerden, had elke auto een rode en een groene lamp gekregen. Knipperde er rood, dan was er een mens aan het werk. Groen betekende dat de auto het voor het zeggen had. Op die manier kon de organisatie een beetje duidelijk maken dat er iets bijzonders aan de hand was. 

Daarnaast vloog een drone mee om de auto’s in beeld te houden als ze de provinciale weg naast de campus afreden. Helaas bleek een auto aanzienlijk sneller dan een drone, en had de camera moeite om de actie goed in beeld te krijgen. 

Groot succes

Dergelijke praktische problemen ten spijt vond TNO de challenge een groot succes. ‘Alle teams overtroffen onze verwachtingen,’ aldus projectleider Almie van Asten. De week in Nederland was zwaar, met werktijden van 7 uur ’s ochtends tot 12 uur ’s nachts, maar het wierp de vruchten af. 

Halmstad werd bij de vorige challege, vijf jaar geleden, tweede, en viel toen al op door hun goede software en hardwerkende team. De Duitsers van Annieway wonnen toen echter, mede doordat ze een grote hoeveelheid state-of-the-art-techniek hadden. Dit jaar was dat niet anders (bijzonder was hoe goed de Duitsers het ditmaal hadden weggewerkt in hun Mercedes), maar de jury (die deel bestond uit een computerprogramma dat zo objectief mogelijk de presentaties van de wagens beoordeelde) vond de software en samenwerking van Halmstad superieur. De Duitsers pakten de tweede plek.

Vond je dit een interessant artikel, abonneer je dan gratis op onze wekelijkse nieuwsbrief.