JASPER VAN KUIJK

Ik was spreekstalmeester op een dag over digitaal ontwerpen. Responsive websites, gepersonaliseerde filmpjes, adembenemende 3D-animaties; het hele digitale universum passeerde de revue.

En toen mocht ik plotseling teamcaptain Tim Houter van de Delft Hyperloop aankondigen. Nu is het in principe een vrij analoge aangelegenheid om een capsule met 1000 km/h door een vacuümgetrokken buis te jagen, juist ook door het slimme ontwerp van het betreffende team, maar toch ging er alleen al bij het noemen van het team, dat tweede werd in de ontwerpcompetitie van Elon Musk, een golf van opwinding door de zaal.

En dat was nog voordat Tim losging. Met een Obama-achtige presentatiestijl en gelikte filmpjes en dito muziek zweepte hij het toch al enthousiaste publiek op tot nog grotere hoogte. Het was de opwinding van iets zien dat écht nieuw is, baanbrekend. Iets waar de vonken van afspatten. Iets als het internet was voor de eerste generatie digitale ontwerpers. Spannend, onontdekt en jouw speeltje: ‘We gaan iets nieuws doen, mensen!’

Het was de opwinding van iets zien dat écht nieuw is, baanbrekend

Van mensaangedreven onderzeeboten tot zonneraceauto’s, van robotvoetbal tot zelfgebouwde elektrische motoren, . In dit soort projecten, die je vindt aan alle drie de technische universiteiten, moeten studenten alles op alles zetten. Als je studenten laat ontwerpen, komt er al veel energie vrij, maar als ze dat ontwerp echt gaan bouwen en ermee meedoen in een wedstrijd, sla je steil achterover van hun inzet, energie en het niveau dat ze halen.

Deze studentprojecten zijn bovendien de perfecte combinatie tussen het traditionele commissiewerk, waarin studenten ervaring opdoen met het bedenken en uitvoeren van projecten, en het inhoudelijke aspect waarvoor ze eigenlijk naar de universiteit kwamen. In plaats van het organiseren van een feestje of studiereis werken ze met een team aan het realiseren van grensverleggende ontwerpen.

Om een fiets te bouwen die het wereldsnelheidsrecord kan verbreken of een team van robotvoetballers naar de overwinning te voeren moet je werken op de grens van wat er kan. En dat is inspirerend om te zien. Kun je nagaan hoe het is om het te doen.

In dit soort projecten is kennis geen doel op zich, maar een middel voor een hoger doel: het ding

Dit is het soort projecten waarvoor studenten naar een technische universiteit komen. Niet om wetenschappelijke artikelen te lezen. Niet om goede presentaties en mooie rapporten te maken. Zelfs niet om te leren hoe je de krachtsverdeling in een brug of de spanningsverdeling in een elektronische schakeling berekent. In dit soort projecten is kennis geen doel op zich, maar een middel voor een hoger doel: het ding.

Als we, zoals de minister van Onderwijs onlangs aangaf, willen dat meer techniekstudenten ook echt in de techniek aan het werk gaan, stimuleer ze dan om zo veel mogelijk deel te nemen aan dit soort wedstrijden en zorg dat ze in project­onderwijs niet alleen ontwerpen, maar ook bouwen. Dan zetten ze alles op alles. Maar vooral spreek je ze aan op de ambitie waarmee ze naar de universiteit kwamen: iets bouwen.

 

Dr.ir. Jasper van Kuijk is universitair docent Gebruiksgerichte Innovatie aan de TU Delft en cabaretier.
Half oktober verscheen zijn boek 'Hoe moeilijk kan het zijn?'.
 

 

Vond je dit een interessant artikel, abonneer je dan gratis op onze wekelijkse nieuwsbrief.