Niet alleen de turbines, ook de parken worden groter; het worden powerhouses van meerdere gigawatts. De keerzijde is dat door het in grote parken zetten van turbines tot zo’n 20 % van het totale vermogen verloren gaat vanwege de onderlinge beïnvloeding. Door op parkniveau slim te regelen valt daar best iets aan te doen, weet dr. Peter Eecen van ECN Windenergie. ‘Als je de turbines die in de heersende windrichting vooraan staan iets afregelt, zodat de turbines erachter meer wind krijgen, dan ben je in staat om de opbrengst van het totale park van 0,5 tot 4 % te verhogen.’

Een andere manier van windparkregeling is de eerste turbine die in de wind staat, scheef te zetten, dan gaat het zog langs de achterliggende turbine. ‘In de lijn van achter elkaar staande turbines kun je zo 10 tot 15 % meer opbrengst halen.’ Deze windparkregelingen heeft ECN gepatenteerd.

Een ander voorbeeld van slim parkmanagement noemt de Delftse windhoogleraar prof.dr.ir. Gijs van Kuik. Elke turbine heeft nu zijn eigen sensoren voor wind, belasting, enzovoorts. Soms gaan die bij de ene turbine stuk, die daardoor uiteindelijk stil kan komen te staan. ‘Waarom zou die turbine niet de data van de andere in het park kunnen gebruiken? De regeling is dan niet ideaal, maar de turbine produceert wel door.’
 
Keer terug naar het dossier windenergie


 

Vond je dit een interessant artikel, abonneer je dan gratis op onze wekelijkse nieuwsbrief.