Sinds begin november staat er op het Italiaanse eiland Lampedusa een milieuvriendelijke zeewaterontzilter. Deze gebruikt restwarmte van een nabijgelegen energiecentrale, en oogst de zouten en andere chemicaliën uit het water in plaats van ze terug in zee te laten stromen.

Het betreft een demo-project van het Europese onderzoeksproject WATER-MINING, waarvan ook onderzoekers van de TU Delft deel uitmaken, schrijft de TU Delft in een nieuwsbericht op haar website.

 

Ecosysteem

Lampedusa ligt halverwege Tunesië en Sicilië. Het eiland biedt plaats aan zesduizend inwoners, grofweg een paar duizend bootvluchtelingen en meer dan veertigduizend toeristen per jaar, maar heeft geen zoetwaterbronnen. Om in zijn waterbehoefte te voorzien is het eiland vrijwel geheel afhankelijk van ontzilt zeewater.

Sinds 1972 staat er dan ook een ontziltingsinstallatie, van het bedrijf SOFIP. Die produceert weliswaar voldoende zoet water, namelijk zo’n 3,5 miljoen liter per dag, maar verbruikt veel energie. Ook brengt de installatie schade toe aan het ecosysteem in zee, door het met zout verzadigde water dat overblijft (ook wel pekel of brijnwater genoemd) daar te lozen.

 

Energiezuinig en milieuvriendelijk

Daar wil het Europese onderzoeksproject WATER-MINING verandering in brengen. Samen met SOFIP en het energiebedrijf van Lampedusa (SELIS) ontwikkelden de wetenschappers in dit project een nieuwe (demo-) ontziltingscentrale. Die haalt zijn energie voor de helft uit restwarmte van de elektriciteitscentrale van Lampedusa, en wint zout en andere chemicaliën terug uit het brijnwater. Dit maakt de zoetwaterwinning energiezuiniger en minder belastend voor het milieu.

De demo-centrale produceert vijftigduizend liter water per dag – bijna anderhalf procent van het totaal.

 

Mineralen

Het brijnwater wordt eerst geconcentreerd door nanofiltratie van het zeewater gevolgd door thermische evaporatie. Daarna worden de zouten eruit gehaald met een kristallisatie-proces dat is ontwikkeld door de TU Delft.

De mineralen die op deze manier worden gewonnen zijn zouten van hoge kwaliteit zoals natriumchloride (NaCl) en magnesiumhydroxide (Mg(OH)2), en chemicaliën zoals waterstofchloride (HCl) en natriumhydroxide (NaOH). Hiervan kunnen meststoffen voor de landbouw, grondstoffen voor de chemische industrie, keukenzout en schoonmaakmiddelen worden gemaakt.

‘In theorie blijven er geen afvalstoffen meer over. Alle componenten van het zeewater worden gebruikt’, mailt Mark van Loosdrecht, milieubiotechnoloog aan de TU Delft en een van de leiders van het WATER-MINING project. De demo moet uitwijzen of dit inderdaad het geval is.

 

Cyprus  

Als hetzelfde concept wordt toegepast op een groter eiland zoals Cyprus, kunnen de grondstoffen ter plekke voor de industrie op het eiland worden gebruikt. Daar hoopt het WATER-MINING-consortium binnenkort dan ook zijn volgende project te starten. ‘Lampedusa is klein, daar kan dat economisch niet uit. Maar van de koppeling met restwarmte van de elektriciteitscentrale om energie te besparen zullen ze daar blijven profiteren’, zegt Van Loosdrecht.

De demo in Lampedusa blijft tot eind december draaien.

 

Openingsbeeld: De thermische evaporator op Lampedusa. Deze is ontworpen door het Italiaanse bedrijf SOFINTER SWS-Division  en gebouwd door het Griekse bedrijf THERMOSSOL STEAMBOILERS SA, onder coördinatie van de TU Delft, Foto: TU Delft.

 

 

Vond je dit een interessant artikel, abonneer je dan gratis op onze wekelijkse nieuwsbrief.