De gaswinning in het Groninger veld wordt tot 2021 verlaagd naar 24 miljard m3 per jaar, zo heeft minister Kamp vandaag bekend gemaakt. Dit jaar is 27 miljard m3 toegestaan. Uit statistisch onderzoek blijkt een direct verband tussen minder snelle gaswinning en de aardbevingen.
Met het besluit volgt de minister in grote lijn het advies van het Staatstoezicht op de Mijnen. De NAM had een maand geleden een productieniveau van 27 miljard m3 voorgesteld, met een eventuele uitloop naar 33 miljard m3 ('NAM wil ruimte boven 27 miljard m3')
De wijze waarop het Staatstoezicht aan die 24 miljard m3 komt is op basis van een middeling van de scenario’s die de NAM zelf had voorgerekend. Bij 27 miljard m3 zou de komende vijf jaar het aardbevingsrisico toenemen, bij 21 miljard m3 zou het dalen, met 24 miljard m3 zit het Staatstoezicht er precies tussenin en blijft het aardbevingsrisico gelijk als dit jaar.
Van de 24 miljard m3 waartoe de minister nu heeft besloten kan alleen worden afgeweken bij een winter die duidelijk kouder is dan gemiddeld.
Tempo van gaswinning
Minstens zo interessant is wat het Staatstoezicht schrijft over de relatie tussen het tempo van winning en het aardbevingsrisico. Empirisch blijkt er een vrij directe relatie tussen het tempo van winning en de frequentie en zwaarte van de aardbevingen. Sterker nog, er blijkt achteraf ook een duidelijke relatie tussen de seizoenswisseling in de productie – in de winter werd al gauw 3 miljard m3 meer gewonnen dan in de zomer - en het aardbevingsrisico. Nu er sinds 2014 met veel minder seizoensfluctuatie wordt gewonnen is er een positief effect op de aardbevingen.
De NAM heeft die directe relatie tussen winningstempo en het voorkomen van aardbevingen altijd betwist. Weliswaar kon de frequentie ervan afnemen, maar dat gold niet voor de zwaarte. Anderen hebben, onder andere in De Ingenieur, aangegeven dat het productietempo niet zou uitmaken omdat de gasdruk in het verleden al sterk is verlaagd, met alle spanningen in de diepe ondergrond ten gevolg ('Minder gasproductie geen remedie').
Het Staatstoezicht toont nu aan dat het tempo van de gaswinning wel degelijk een relatie heeft met het bevingsrisico, en pleit daarom zowel voor minder winnen als voor zo gelijkmatig mogelijk.
Scheuren in de muur
Een belangrijk kritiekpunt van het Staatstoezicht blijft dat de NAM het Groninger veld in zijn modellen nog steeds als een geheel neemt, waardoor het ontbreekt aan een strategie om de winning over de verschillende putten in het veld zo te verdelen dat de veiligheid optimaal wordt bediend. Nu die modellen ontbreken, adviseert het Staatstoezicht de huidige productieverdeling maar te laten zoals die is.
Verder vindt het Staatstoezicht het niet terecht dat de NAM het ontstaan van scheuren in woningen door aardbevingen niet meeweegt in zijn veiligheidsbeschouwing. Mijnbouwbedrijven zijn verplicht hun werk te doen met het toebrengen van zo min mogelijk schade, aldus het Staatstoezicht.
Onderdeel van het winningsbesluit van de minister is dat de komende vijf jaar de vinger aan de pols wordt gehouden. Neemt het aantal aardbevingen plotseling weer toe, of is de grondversnelling meer dan verwacht, dan wordt er ingegrepen.
Openingsillustratie: Animeer.nl
Nieuwsbrief
Vond je dit een interessant artikel, abonneer je dan gratis op onze wekelijkse nieuwsbrief.