column

Soms moet je eerst diep zinken om vervolgens triomfantelijk op te staan, schrijft columnist Marcel Möring.


Die week was ik elke dag een uur bezig met de wasmachine/droger. Het was een beetje als het repareren van een rijdende auto, want tussen mijn pogingen tot herstel door probeerde mijn vrouw de was te doen. Soms liepen we elkaar in de badkamer tegen het lijf, zij met een arm vol natte was en ik met de iPad waarop ik een nieuw filmpje had gevonden dat ons probleem behandelde.

‘Nat en heet’, zei mijn vrouw. ‘Alweer.’

‘De was?’, zei ik.

‘Ja, wat anders?’

Waarna ik mij mompelend over de machine boog die bij elke wasbeurt een nieuwe paniekaanval kreeg. Soms duurde de was uren, soms kwam alles er kokend heet uit. Drogen leek een proces dat aan willekeur onder­hevig was. Vaak weigerde de machine de was prijs te geven en kreeg ik de deur alleen open met een trucje.

Ik heb de nodige huishoudelijke apparatuur gerepareerd, ook was­machines, maar deze verzette zich tegen mijn interventies. Dat ging in tegen mijn gevoel van eigenwaarde, waardoor de relatie tussen de machine en mij venijnige trekjes kreeg. Als ik ’s ochtends de badkamer betrad, wierp ik haar een misprijzende blik toe en meer dan eens, die week, kon ik de neiging nauwelijks onder­drukken om het ding een schop te verkopen. Dat het niet zo ver kwam moet aan mijn opvoeding hebben gelegen.

Na vier dagen was het genoeg en zei ik: ‘We kopen een nieuwe.’

Twee keurige jongens van Coolblue kwamen hem installeren en namen de oude mee. Ik wilde de installatie zelf doen, maar dat stuitte op een veto van mijn echtgenote: ‘Met jouw rug?’ Ik wist niet of ze dat uit bezorgdheid zei of dat haar vertrouwen in mij als de man die alles kan repareren zodanig was geslonken dat ze liever vertrouwde op de jongens van de leverancier. Het was geen goede week.

Mijn hele leven heb ik mij als geëmancipeerde man beziggehouden met het huishouden. Ik kook elke dag, de was deed ik ook regelmatig. Maar de nieuwe heb ik nog niet aangeraakt. Hij is veel geavanceerder dan zijn voorganger, ik kan hem zelfs met een app op de telefoon bedienen. Allemaal zaken waar ik mij vroeger gretig op had gestort. Maar op de een of andere manier negeer ik die machine. Het wantrouwen is diep.

Mijn zoon, daarentegen, beleeft voor het eerst in zijn leven de volledige harmonie zoals die tussen mens en wasmachine kan bestaan. Hij heeft zijn eerste nieuwe gekocht en vertelde dat hij op zijn telefoon zag dat het wasprogramma bijna was afgelopen, waarop hij zijn vrouw een berichtje stuurde. Of ze de was wilde ophangen, want de machine was klaar.

Ik was out of sync met de tijd waarin ik leefde en voelde me ineens mijn vader, die zijn koffiezetapparaat niet snapte

‘Ik heb haar nog nooit zo boos gezien’, zei hij grijnzend.

‘Het gaat wel ver’, zei ik somber.

‘Het was een grapje’, zei hij.

‘Nee, ik bedoel: de wasmachine die je waarschuwt wanneer hij klaar is. Ik kon een model kiezen dat via wifi aan de droger doorgeeft welk programma die moet opstarten. Straks zoeken ze nog zelf de was uit en doen die in de trommel. Mijn grootmoeder kookte verdorie de was nog in een ketel en daarna moest ik de wringer draaien.’

‘Was dat voor- of nadat jullie elektrisch licht kregen?’

Ik kon er niet om lachen. Ik was out of sync met de tijd waarin ik leefde en voelde me ineens mijn vader, die zijn koffiezetapparaat niet snapte. Het was een beest van een espressomachine die alles kon, maar mijn vader was niet in staat om er een simpele kop koffie mee te zetten en kocht een ouderwets apparaat met kan en filter dat naast de computergestuurde koffierobot op het aanrecht kwam te staan.

Zoals de wetten van het verhaal voorschrijven moet je eerst diep zinken om vervolgens (catharsis!) triomfantelijk op te duiken.

Dat gebeurde toen mijn vrouw een kreet van wanhoop slaakte omdat de stofzuiger het niet meer deed. Ik trok mij terug in mijn werkhoek, waar ik de filters reinigde, de vastgelopen borstel ontdeed van haren en iets ingewikkeld fingeerde met een schroevendraaier.

‘Jij kunt echt alles repareren!’, zei ze bewonderend.

Ik werd prompt bevangen door een gevoel van ­harmonie. De orde in de wereld was hersteld. Tot de nieuwe wasmachine het begeeft, natuurlijk.


Tekst: Marcel Möring, romanschrijver. Eind 2021 verscheen van zijn hand de openhartige  vertelling Familiewandeling.
Foto: Harry Cock

Vond je dit een interessant artikel, abonneer je dan gratis op onze wekelijkse nieuwsbrief.